U bent hier

Belgian National Orchestra

BNO
Kursaal Classics

Mahlers wonderhoorn van de knaap
16:15: Inleiding Frank Pauwels in de Ridderzaal
17:00: Concert
 
Uitvoerders
Belgian National Orchestra - BNO
Michael Schønwandt, muzikale leiding
Thomas Hampson, bariton

Programma
Giuseppe Verdi (1813 – 1901) | Divertissements for Nabucco
Gustav Mahler (1860 – 1911) | Des Knaben Wunderhorn (selectie)
1 Ging heut morgen über‘s Feld 
2 Lied des Verfolgten im Turm 
3 Das irdische Leben 
4 Das himmlische Leben 
5 Urlicht 

-------

Peter Iljitsj Tsjaikovski (1840 – 1893) | Symfonie nr. 4 in f, opus 36
•    Andante sostenuto – Moderato con anima – Moderato assai, quasi andante – Allegro vivo
•    Andantino in modo di canzone
•    Scherzo. Pizzicato ostinato – Allegro
•    Finale. Allegro con fuoco


Biografieën

  • Belgian National Orchestra – BNO

Het Belgian National Orchestra is een van de bekendere symfonieorkesten van België, opgericht in 1936. Het orkest wordt gesubsidieerd door de federale overheid. Per seizoen verzorgt het BNO ongeveer zeventig concerten in België en daarbuiten. Het orkest begeleidt verschillende muziekwedstrijden, waaronder de Koningin Elisabethwedstrijd. Het BNO profileert zich als een ‘nationaal’ Belgisch orkest door samen te werken met het Festival van Vlaanderen én het Festival de Wallonië en door te spelen in alle Vlaamse provinciehoofdsteden, Luik, Charleroi, Namen en Doornik, Oostende, Eupen en Virton. De hoofdmoot van het repertoire van het BNO is het symfonische repertoire van de 19e en de 20e eeuw.

  • Michael Schønwandt

Michael Schønwandt heeft een zeer actieve concertcarrière en werkte met zowat alle internationaal gerenommeerde toporkesten. Als gastdirigent stond hij voor o.a. de Wiener Philharmoniker, de Berliner Philharmoniker, het London Symphony Orchestra, het Philharmonia Orchestra en het Orchestre de la Suisse Romande. Naast zijn nauwe samenwerking met de Royal Opera in Kopenhagen heeft hij gedirigeerd in toonaangevende operahuizen over de hele wereld. Schønwandt is als operadirigent bij o.a. het Royal Opera House Covent Garden in Londen, de Opéra de Paris, de Wiener Staatsoper, de Hamburgische Staatsoper, de operahuizen in Berlijn en de Bayreuther Festspiele.
Hij heeft vele opmerkelijke opnames gemaakt met het Deens Nationaal Radio Symfonie Orkest voor Chandos, waaronder Strauss' Salome, uitgebracht in 1999, en door het tijdschrift Gramophone geprezen als de beste opname ooit van het werk.  De dvd van de Copenhagen Ring heeft vele prijzen gewonnen.

  • Thomas Hampson

Thomas Hampson, Amerika's meest vooraanstaande bariton, heeft vele onderscheidingen en prijzen ontvangen voor zijn indringende kunstenaarschap en cultureel leiderschap. Hij heeft een bijzondere internationale carrière als operazanger, opname-artiest en "ambassadeur van het lied," met een actieve belangstelling voor onderzoek, onderwijs  en technologie. 

Met een operarepertoire van meer dan 80 rollen, gezongen in alle grote theaters van de wereld, omvat zijn discografie meer dan 170 albums, waaronder meerdere nominaties en winnaars van de Grammy Award, Edison Award en de Grand Prix du Disque. In 2009 ontving hij de Distinguished Artistic Leadership Award van de Atlantic Council in Washington DC en werd hij benoemd tot de allereerste Artist-in-Residence van de New York Philharmonic. In 2010 werd hij geëerd met een Living Legend Award door de Library of Congress, waar hij diende als speciaal adviseur voor de studie en uitvoering van muziek in Amerika. Verder ontving hij de befaamde Concertgebouwprijs. Via de Hampsong Foundation zet hij de kunst van het lied in om interculturele dialoog en begrip te bevorderen.


Programmatoelichting

  • Verdi

De Muntschouwburg gaf de opdracht aan Giuseppe Verdi om balletmuziek te leveren volgens de conventies van de Franstalige grand opéra voor een opvoering in 1848 van Nabucco in de Munt in het Frans. Verdi stemde ermee in en componeerde nieuwe muziek, die werd ingevoegd in akte 3, na het openingskoor. Hoewel het bestaan van originele balletmuziek voor de Brusselse productie van Nabucco al enige tijd bekend is, is pas onlangs in 2021 een partituur opgedoken tussen Verdi's muzikale materiaal dat wordt bewaard in de Villa Verdi in Sant'Agata. Hoewel het aannemelijk is dat de divertissements oorspronkelijk uit drie nummers bestonden, blijken er slechts twee bewaard te zijn gebleven. Het zijn ongeveer zestig pagina's muziek, volledig georkestreerd en geheel in Verdi's hand genoteerd.

  • Mahler

Des Knaben Wunderhorn is een van de bekendste anthologieën van volkspoëzie van het begin van de negentiende eeuw. Achim von Arnim en Clemens Brentano verzamelden anonieme Duitse volksliedteksten en publiceerden deze in gereduceerde vorm tussen 1805 en 1808. Het boek had een buitengewone impact op lezers die meenden in de gedichten de stem van hun voorouders te herken¬nen. Sinds die tijd zijn verschillende van deze teksten door componisten als Mendelssohn, Schumann, Loewe, Brahms, Mahler en Zemlinsky tot Lieder bewerkt. 

Mahler verwerkte teksten uit deze collectie in delen van zijn Tweede, Derde en Vierde symfonie. Maar hij componeerde ook zelfstandige liedzettingen van Des Knaben Wunderhorn met pianobegeleiding, andere met kamerorkest. Bovendien bereidde hij pianoversies van zijn orkestrale instellingen voor, maar het lijdt geen twijfel dat hij de stukken in elk geval met symfonische krachten in gedachten heeft bedacht. De specifieke term Lieder aus Des Knaben Wunderhorn slaat over het algemeen echter op liederen waarin Gustav Mahler gebruikmaakte van twaalf van deze teksten.

In de verzen vond Mahler  alles wat zijn ziel bewoog: natuur, devotie, verlangen, liefde, afscheid, dood, het plezier van een kind. Soms zijn de teksten ironisch, dan weer humoristisch en zelfs surrealistisch. Maar Mahler begreep als geen ander deze gedichten en wist de echte en vermeende naïviteit van vele van die teksten op zijn eigen unieke wijze in muziek te vatten, gekoppeld aan de expressie van menselijke gevoelens, stemmingen en drijfveren die er in voorkomen. 
Ging heut morgen über‘s Feld (Ik liep vanmorgen over de velden) is een van de 4 liederen van de liederencyclus Lieder eines fahrenden Gesellen waarbij de tekst overgenomen is uit Des Knaben Wunderhorn. De cyclus handelt over het lot dat iemand ten dele valt wanneer hij of zij  een geliefde verliest. 

Lied des Verfolgten im Turm (Lied van de gevangene in de toren) lijkt op het eerste gezicht een dialooglied, maar de twee stemmen in dit lied blijven gescheiden in plaats van met elkaar te praten. Het lied van de gevangene is krachtig en uitdagend – zijn gedachten blijven vrij, ook al is hij opgesloten. Het meisje buiten de toren zingt over vrijheid en vlucht naar de natuur, maar uiteindelijk concluderen beiden dat dat nooit zal gebeuren, en eindigt het lied in opstandigheid. 
Das irdische Leben (Het leven op aarde) is een dialooglied, en reveleert een grippige sfeer. Het is gebaseerd op het gesprek tussen een moeder en haar uitgehongerde kind, die eindelijk genoeg te eten hebben als het kind op de begrafenis in een kist wordt gelegd. Mahlers aanduiding in de partituur is ‘Unheimliche bewegt‘ (met sinistere – of unheimische – beweging) 

Das himmlische Leben (het hemelse leven), op tekst van Des Knaben Wunderhorn , is ook  niet opgenomen in Mahlers liederencyclus. Dit lied verwerkte Mahler ook in het vierde deel van zijn vierde symfonie. Een kind presenteert een zonnig, naïef visioen van de hemel en beschrijft het feest dat wordt voorbereid voor alle heiligen. Het tafereel heeft ook zijn donkere elementen: het kind maakt duidelijk dat het hemelse feest ten koste gaat van dieren, waaronder een geofferd lam. 

Urlicht, origineel gecomponeerd met pianobegeleiding, zou eindigen als het vierde deel van de tweede symfonie, en de componist suggereerde later dat deze beslissing de aanzet was om het te orkestreren. Zowel het aardse verdriet als de hemelse gelukzaligheid worden levendig geschetst.

  • Tsjaikovski

Tsjaikovski wordt beschouwd als de talentvolste Russische componist van de 19e eeuw. Hij was bij vlagen emotioneel zeer instabiel, wat wel toegeschreven wordt aan de problemen die hij ondervond door zijn homoseksuele geaardheid, die tot ver in de 20e eeuw in Rusland – en in de 21e eeuw onder Poetin opnieuw – een groot taboe was. In december 1876 begon hij een briefrelatie met een rijke weduwe Nadezhda von Meck. Madame von Meck was een fervent fan van zijn muziek en werd zijn beschermvrouwe die hem een royale jaarlijkse toelage verleende. Op deze manier werd het voor Tsjaikovski mogelijk om zijn gehate baan als professor aan het conservatorium van Moskou neer te leggen, zich te concentreren op het componeren en te reizen, bij voorkeur naar het buitenland. Door de uitgebreide correspondentie met von Meck zijn we goed geïnformeerd over tal van details van Tsjaikovski's leven, waaronder de achtergrond van zijn vierde symfonie uit 1877. Zijn beslissing om in dat jaar onverwachts met een oud-studente te trouwen bleek rampzalig en stortte hem in een diepe persoonlijke crisis. Na een week met zijn bruid kreeg de componist een zenuwinzinking en deed hij een zelfmoordpoging, waarna het huwelijk op medisch advies werd ontbonden. Het was tegen deze achtergrond dat de vierde symfonie werd gecomponeerd ... 

In de Vierde symfonie lanceerde Tsjaikovski een muzikale verkenning van het concept van het lot als een onontkoombare kracht. In een brief aan von Meck heeft Tsjaikovski het over die fatale kracht die dreigend tussen de mens en zijn geluk staat. Nijdig en jaloers stokken tussen de wielen steekt, en steeds een donkere schaduw vooruit werpt. Het noodlot is dus het onontkoombare thema in deze symfonie. Even turbulent als zijn leven slingert de componist hier muzikaal tussen hartstochtelijk romantisch en ingetogen klassiek - expressief, persoonlijk en onconventioneel. 

Het werk kan worden geïnterpreteerd als een noodlotsymfonie naar analogie van Beethovens Vijfde. Ook Beethovens symfonie begon met een krachtig en dreigend motief dat, althans volgens de romantische overlevering, symbool stond voor het noodlot dat aan de deur klopt. Bovendien is ook het overkoepelende vormconcept van Beethovens Vijfde symfonie in Tsjaikovski’s symfonie te herkennen. Gebaseerd op het romantische concept ‘durch Nacht zum Licht’ staat een donkere, dreigende openingsbeweging tegenover een stralende finale, die te voorschijn treedt als een grootse, triomfantelijke apotheose. 

Tussen de momenten van angst en melancholie bewijst Tsjaikovski dat hij een geweldig deuntje weet te schrijven – zelfs de klaaglijke hobomelodie aan het begin van het tweede deel, het Andantino in modo di canzone, zwelt aan van ontroering en optimisme, geholpen door weelderige strijkers en dreunend koper. In het Scherzo vertrekt Tsjaikovski met pizzicato-snaren van de zwaarte van de voorgaande delen. Tsjaikovski beschreef dit speelse deel als een reeks 'grillige arabesken'. De Finale, compleet met waanzinnig getokkel van de snaren en ruisende toonladders die door de textuur barsten, is zeker een hoogtepunt. Het noodlot-thema komt opnieuw terug, wat ons herinnert aan de onontkoombaarheid van het lot.

Koop tickets
Opgelet, koop enkel tickets via de officiële verkoopskanalen.

Deel dit evenement

Praktisch

Deze activiteit is helaas voorbij.

Prijzen

€ 55 - € 45 - € 35 (incl.reservatiekosten)

Kortingen op losse tickets:
Jongeren <26j - 40% korting
+65j - 10% korting
Groepen vanaf 10 personen: prijs op aanvraag via hallo@kursaaloostende.be
Koop tickets
Opgelet, koop enkel tickets via de officiële verkoopskanalen.

Boxoffice

Toerisme Oostende
Monacoplein 2
Open 7/7

Organisatie

Kursaal Oostende

Boek hier je verblijf

Bijvoorbeeld: 2024-03-19
Bijvoorbeeld: 2024-03-19

Restaurants in de buurt

Bistro Mathilda

Poule & Poulette

Histoires d'O

Den Artiest

Den Artiest

Bistro Bottarga

Smowk

La Piazza

Gastrobar Sam